Relaties zijn belangrijk in mijn leven. Ze geven mij het gevoel dat ik leef en dat die ander en ik er toe doen. Ze zijn daarnaast leerzaam en helpen mij ont-wikkelen. Regelmatig wordt mij een spiegel voorgehouden waarna ik mij nog meer bewust word van wie ik ben, wat ik doe en waarom. Hoe intens en hecht een relatie wordt, hangt mede af van de ander, een soort actie-reactie. De ene relatie is intenser en hechter dan de andere.
Sommige relaties zijn latent aanwezig. Niet direct waarneembaar aan de oppervlakte maar diep van binnen wel voelbaar. Zo’n relatie – of beter: verbinding – heb ik met mijn moeder. Deze verbinding is anders dan de andere. Eén die gebaseerd is op onvoorwaardelijke liefde.
Thuis praatte ik nooit veel; woorden moesten regelmatig uit mij getrokken worden. Ik was ook geen gemakkelijke puber, denk ik. Ik vond natuurlijk dat mijn moeder zeurde. Ze was erg beschermend en vond al gauw iets niet verstandig of zag de nodige beren op de weg. Ze bemoeide zich overal mee, zo ervoer ik dat. Af en toe leek het of ik een soort haat-liefde verhouding met haar had. Ik heb niet veel diepgaande gesprekken gevoerd. Ik voelde me snel onbegrepen, vooral als het een gevoelskwestie betrof. Wat ik echt voelde – als ik me daar al bewust van was en het óók nog kon benoemen – hield ik voor me.
De laatste jaren van mijn moeder’s leven is er veel veranderd. Door haar slopende ziekte werd ze fysiek steeds zwakker maar ik voelde dat onze band juist sterker werd. Het was niet zo dat we opeens veel gingen praten maar dat was ook niet nodig. Zelden hadden we nog ruzie over een goed bedoeld advies of een – in mijn ogen – belerende preek. De ene keer nam ik het in mij op en de andere keer legde ik het terzijde. Maar ze is en blijft mijn moeder, de eerste vrouw in mijn leven, en daar had en heb ik diep respect voor. Dat besef kwam meer en meer.
In haar laatste levensfase heb ik vaker geprobeerd duidelijk te maken dat ik van haar houd. Ik vond dat van kinds af aan altijd moeilijk. Heel raar, want wat is er nou moeilijk aan om te zeggen dat je van je moeder houdt? Soms lukte het me niet haar dat direct te zeggen, maar deed ik het via een sms achteraf, als ik weer onderweg naar huis was.
Op haar sterfbed – in de ochtend – heb ik in haar oor gefluisterd dat ik van haar houd en dat ze mocht ‘gaan’. Ik voelde dat ze me hoorde en daarna rustig is heengegaan. ’s Avonds heb ik haar een sms gestuurd en daarin geschreven dat ik van haar houd. Ik had de behoefte om dit nogmaals te zeggen, op mijn vertrouwde manier. Als extra bevestiging en hopende dat dit aardse bericht haar hoog boven mij zou bereiken, op één of andere manier.
Laatst bekeek ik een fragment van een oude ‘Super 8’ film die mijn moeder een aantal jaren geleden op DVD heeft laten zetten. Ik zag mezelf als 3-jarig jongetje gehurkt aan de rand van een peuterbad zitten, met mijn moeder veilig aan mijn zijde. Het intense verdriet wat mij bij het zien van dit beeld overviel, zegt alles over onze onbreekbare verbinding; ze is er niet meer, op het oog, maar ook weer wel, diep van binnen. Mama, ik houd van jou.